Mensen zijn over het algemeen pijnvermijdend. Een handigheidje van de natuur zodat we geen gekke dingen doen die ons lichaam kapot maken en onze kans op overleving verkleinen. We kijken wel uit om met onze blote handen een hete ovenschaal uit de oven te halen. Want we weten maar al te goed hoeveel pijn het doet, wanneer we onze vingers branden.

De meeste leermomenten hebben we in onze jeugd. We komen blanco de wereld in. En al doende leren we wat pijn doet en wat niet. Meestal leren we ook dat pijn na twee minuten huilen ‘over’ is (zeker als we niet zichtbaar gewond zijn). Dat we ons eigenlijk maar aanstellen. En dat andere mensen niet zitten te wachten op onze pijn.

Dat maakt dat we de pijn die we niet kunnen vermijden, het liefst onderdrukken. Want je bent een grote meid, geen aansteller. En er zijn ergere dingen in de wereld. Bovendien willen we ons gelukkig voelen en pijn hoort daar niet bij. Dus stoppen we dat zo snel mogelijk weg, en gaan we door alsof er niets aan de hand is. Dat houden we jarenlang vol…

Totdat het begint te knagen. Het lastige daarvan is, dat je vaak niet eens meer weet waar het vandaan komt. Je hebt je zo lang vermand, aangepast en je gevoelens onderdrukt, dat je de werkelijke oorzaak niet ziet. Je richt je dan op zaken die je wel kunt verklaren. Je voelt je naar, want je huwelijk loopt niet lekker/je hebt een te hoge werkdruk/vul zelf maar in.

Dit probleem fungeert als een soort bliksemafleider. Je hebt dan een makkelijk verklaarbaar probleem gecreëerd, zodat je maar niet naar het werkelijke, onderliggende probleem hoeft te kijken. Je partner gaat bijvoorbeeld lekker zijn eigen gang, en je hebt het gevoel dat je er alleen voor staat. Al je aandacht gaat dan daarnaartoe. Terwijl het werkelijke probleem zit in je eigen angst voor afwijzing.

Die angst is vaak te herleiden naar een (of een paar) moment(en) waarop je voor jouw gevoel afgewezen werd. En je de beslissing maakte dat het veiliger voor je was om voortaan beter voor anderen te zorgen dan voor jezelf, zodat je de pijn van afwijzing nooit meer zou ervaren. (In de oertijd stond verstoten worden gelijk aan sterven, daarom maken onze hersenen er zo’n drama van.)

Wanneer je deze onderliggende overtuigingen identificeert, heb je bewustzijn gecreëerd. En dan heb je de mogelijkheid om te kiezen. Laat je je nog langer meeslepen door de pijn die deze overtuigingen je opleveren? Of kies je een nieuwe overtuiging, eentje die je wel dient? Zoals ‘ik ben goed zoals ik ben, ook als ik soms ‘nee’ zeg’.

Wacht even…
Dat klinkt heel simpel. Soms is dat het ook. Maar vaak is er nog iets anders nodig. Je hersenen zijn namelijk nog steeds bang dat je overlevingskansen drastisch kelderen als je de pijn niet langer vermijdt. Je moet je hersenen dus opvoeden, en leren hoe je op een andere manier omgaat met emotionele pijn. Een manier die we als kind niet hebben geleerd.

Haal je identificatie met de pijn van het gevoel af, laat al je oordelen over de pijn varen. En doorvoel de emotie, zonder er helemaal in te verdrinken. Zie de pijn als bezoeker. Die binnenkomt en die vanzelf weer vertrekt. Je hoeft deze bezoeker niet de deur uit te vechten. Ga naast de rivier zitten, in plaats van jezelf hulpeloos mee te laten voeren of er tegenin te spartelen.

Je hoeft dan niet meer te strijden tegen wat je voelt en ervaart. Dat geeft rust. Je heelt oude wonden, zodat die je in het ‘nu’ niet meer belemmeren. Daardoor kun je nieuwe keuzes maken, je gaat voortaan anders om met problemen. En je gaat beter voor jezelf zorgen, waardoor je gelukkiger wordt.

In een NieuwetijdsVrouw-traject ga je hier op verschillende manieren mee aan de slag. Wil je weten of dit iets voor jou is? Boek dan nu vrijblijvend een inzichtsessie. Dan bespreken we samen jouw situatie en hoe ik je kan helpen.